We staan middenin een revolutie en eigenlijk beseffen we dat niet eens zo goed. Bijna iedereen heeft inmiddels een prachtige, flinterdunne telefoon, de snelste computer ooit en we hoeven er alleen maar tegen te praten. Toch schuurt ook het ongemak. Gaan robots en algoritmes de werkvloer bepalen? Is er nog wel contact tussen mensen als iedereen voortdurend op beeldschermen gefocust is? We zoeken naar grip in een fluïde wereld. In mijn verhaal ben ik ingegaan op de manier waarop digitalisering ons uitdaagt om nadrukkelijk onze rol als mens uit te dragen en onze menselijke kwaliteiten in te zetten. Want dat zijn zaken die niet geautomatiseerd kunnen worden.
De AI reuzen
De vijf reuzen uit het huidige digitale tijdperk, Google/Alphabet, Facebook, Apple, Microsoft en Amazon, zijn verwikkeld in een wedloop van machine learning. Alles wordt ingezet op artificiële intelligentie, AI, als de motor voor nieuwe producten en diensten die ons leven misschien wel radicaal gaan veranderen. De snelheid waarmee AI steeds betere prestaties levert is soms nauwelijks te bevatten. De supercomputer Watson van IBM is een van de meest toonaangevende, maar Google zet met AlphaGo ook enorme prestaties neer. Sinds Watson in 2011 met het spelletje Jeopardy! gewonnen heeft van de beste spelers aller tijden, is de supercomputer op allerlei terreinen actief. Watson adviseert onder meer artsen bij diagnose en behandelplannen voor kankerpatiënten. Google’s AlphaGo won van de beste Go speler ter wereld. Zelfs de nieuwste versie, AlphaGo Zero die alleen de regels van het spel mee kreeg, won zonder ooit een oefenpotje tegen een mens te hebben gespeeld. Amazon’s spraakcomputer Alexa dringt ons huis binnen. Alexa is een praatpaal die als een butler onze opdrachten uitvoert, van het bedienen van de thermostaat en de verlichting tot het samenstellen van onze boodschappenlijstjes, en verder doet ze tal van aanbevelingen van dingen die we leuk zouden vinden.
Algoritmes spinnen een warme cocon om ons heen. Wij als klant krijgen bediening op maat, waar geen mens aan te pas hoeft te komen. Wil je een bedrijf spreken, dan kun je 24/7 terecht bij een chatbot. Achter webshops gaan grote pakhuizen schuil die bijna volledig door robots gerund worden. Maaltijdbezorgers, nog net geen zelfrijdende robots, worden aangestuurd door een algoritme. Snel en goedkoop, daar draait het om.
Als alles gerobotiseerd kan worden?
Geen wonder dat er tegelijkertijd steeds meer behoefte ontstaat aan ambachtelijkheid. Producten die met liefde en persoonlijke aandacht zijn gemaakt. Als alles gerobotiseerd kan worden, dan groeit juist de waardering voor het menselijke en het verhaal achter het product. Iemand die echt kan luisteren geeft zo veel meer dan correct geprogrammeerde machine.
Gaan robots onze banen inpikken? In zekere zin wel. Alles wat geautomatiseerd kan worden, zal ook geautomatiseerd worden. Dus als jouw werk grotendeels op de automatische piloot gaat, ongeacht je opleidingsniveau, dan zal dat werk je op een gegeven moment uit handen worden genomen. Maar of wij mensen straks niks meer te doen hebben, dat betwijfel ik. Sterker nog, ik denk dat we meer en meer op onze menselijke kwaliteiten worden aangesproken en dat we die dus maar beter kunnen inzetten in ons werk.
21st century skills
De lijst van cruciale menselijke vaardigheden voor de 21e eeuw is lang. In de kern gaat het om vier componenten. Allereerst samenwerken. Het tijdperk van solistisch opererende deskundigen is voorbij. Niemand heeft de wijsheid in pacht. Door ideeën bij elkaar te toetsen kom je samen tot oplossingen. Communicatie, ondanks de overal oppoppende chatbots die ons zo graag van dienst willen zijn. Begrip en empathie, steun en aandacht. Dat geeft betekenis, en daarmee duiding en bezieling, wat ieder van ons nodig heeft. Onze hersenen aanspreken, dat doen we met kritisch en logisch nadenken. Dat is nodig om robots het werk te kunnen laten doen. Als mens overzien we het geheel, en kunnen we ons afvragen of we met het juiste bezig zijn. Creativiteit en verbeeldingskracht als vierde, zijn onze unieke vermogens om een toekomst te zien die er nog niet is. Daarmee kunnen we bouwen aan een betere wereld met aandacht voor de mens en de leefomgeving, een wereld waar we blij van worden.
Elke dag leren, elke dag plezier
Leren doen we elke dag, niet alleen op school maar overal. Leren houdt ons jong. Zijn professoren niet vaak energieke mensen, die fietsen en rennen, en zich met kinderlijke blijdschap kunnen verwonderen over iets waar we nog nooit over nagedacht hadden? Leren is leuk, dus waarom doen we het niet wat actiever?
Gezonder eten, meer sporten, het zijn bekende voornemens. Als we dat dan ook doen, voelt het goed. Het geeft meer energie en een opgewekt gevoel. Maar na een paar weken is het druk op het werk, we komen laat thuis, en met een snelle hap op de bank blijven we uren aan Netflix gekluisterd. Met leren is het net zo. Als je ermee bezig bent is het leuk, interessant en spannend. Maar in de drukte van alle dag krijgen de min of meer routineuze klussen voorrang.
Gelukkig zijn er net als bij gezond eten en sporten manieren om het wel vol te houden en er de vruchten van te plukken. Door elkaar te steunen, bijvoorbeeld, en door tijd in te ruimen. Al gauw kom je met oefenen in een flow, waarin je plezier hebt en dingen vanzelf gaan. Het lijkt wel of de natuur dat expres heeft gedaan. Zo kunnen we leren in een toegewijde en speelse manier. Fouten maken mag. Alles is een oefening. Zonder het te merken werken we elke dag aan een betere en mooiere versie van onszelf. Op een speelse wijze ontdekken we het leven en doen we alles wat niet geautomatiseerd kan worden. Plezier kan onmogelijk aan een computer worden uitbesteed.
Dit blogje heb ik geschreven voor het netwerk Change Vision en hun digitale glossy. Zie hier en hier de link naar de pagina’s in de glossy.